Een traditie van schromelijke verwaarlozing en veronachtzaming van de biseksuele leefwereld ('Beter biseks', Marty van Kerkhof)Onderzoek wijst uit: biseksuelen ondervinden meer problemen dan homoseksuelen, in het bijzonder in de pubertijd.
Want biseksuelen ontberen de 'rugdekking' van de groep, en dat is lastig.
Zelfs in homoseksuele kringen worden biseksuelen vaak met enige wantrouwen bekeken: durft hij of zij niet (nog) 'door te zetten', zal hij of zij in de 'overgangsfase' blijven steken of zelfs terug vluchten naar die comfortabele mainstream wereld?
Maar het gebrek aan sociale steun heeft vooral te maken met de relatieve onzichtbaarheid van biseksualiteit.
Omdat het voor biseksuelen minder lastig is om grote delen van hun leven voor 'normaal' door te gaan, is die verleiding vaak groot.
Wie haalt zichzelf vrijwillig grote moeilijkheden op de hals, terwijl het niet nodig is?
Daarbij: vrijwel alle gebaande paden leiden naar een partner van de andere sekse.
Van die tien keer dat er iemand openlijk met je flirt, is het minstens negen keer iemand van de andere sekse.
Voor je het weet heb je dus een partner van de andere sekse aan de haak geslagen.
Al snel weet je niet beter.
En de vrouwen die je kent?
Allemaal hetero, óf lesbisch.
In zo'n levensfase c.q. omgeving ligt het niet voor de hand om je eventuele biseksualiteit in de groep te gooien.
Nieuwsgierige types gooien misschien een keer een balletje op, om vervolgens te constateren dat de omgeving niet of nauwelijks reageert; vervelend zelfs, ongemakkelijk of - ook vrij algemeen - met enig ongeloof of ontkenning.
Dan laat je het de volgende keer wel uit je hoofd!
Blijft over het homo-circuit, maar dat blijkt in de praktijk helaas niet altijd even bi-tolerant.
'Zoek eerst maar eens even uit bij wie je wilt horen', is de algemene teneur.
Voor veel biseksuelen zit er dan ook niets anders op dan hun 'geheimpje' te koesteren.
Als de tijd rijp is zoek ik het uit!
Op een dag zal een gevoelsmatige 'noodtoestand' - in de praktijk vaak een hevige verliefdheid, die zo uit de lucht komt vallen - je er toe dwingen om op onderzoek uit te gaan, ondanks alle hobbels en mogelijke schofferingen.
Tenminste, zo verging het mij.
Slechts en enkele keer durfde ik er met iemand over te praten, met alle twijfels erbij.
Als je geluk hebt tref je iemand die daar goed mee om gaat:
"Ze zeggen dat ik raar ben :( " " Valt best mee :) " Foto: Ytje G. |
Het kan toch niet slecht zijn dat je zoveel méér liefde (zie bovenstaande afbeelding) in je hebt dan alleen die afgepaste liefde voor - uitsluitend - de ándere sekse?
Maar zelfs dán kun je, onwillekeurig, het gevoel krijgen toch niet écht begrepen te worden.
Neemt de welwillende toehoorder je verhaal eigenlijk wel serieus?
'Ach, dat komt hierdoor of daardoor', hoor je dan, of 'dat gebeurt vaker gedurende de puberteit/zwangerschap/overgang.
Biseksualiteit als een variant op jeugdpuistjes, ochtendmisselijkheid of opvliegers!
Helaas komt de relatieve onzichtbaarheid (wat de oorzaken hiervoor ook zijn) de emancipatie van de biseksuelen niet ten goede.
Emancipatie gedijt immers bij aantallen, bij 'social resilience', oftewel collectieve veerkracht.
In je eentje begin je nu eenmaal niet veel, tegen gevestigd rolpatronen.
Hoe 'sterk' of 'moedig' je verder ook bent.
In de omgang van de gevestigde heteroseksuele orde met biseksualiteit is bewust of onbewust doodzwijgen dan ook een beproefde tactiek.
In dit verband kan de rol van macht niet worden gebagatelliseerd of ontkend:
De legitimiteit en acceptatie van verschijnselen als de gelijkgeslachtelijke liefde of niet-monogame leefwijze is onlosmakelijk verbonden met de vraag wie de touwtjes in handen hebben in een bepaalde cultuur. ('Beter Biseks', Marty van de Kerkhof, p.20)
Wat zou er eigenlijk precies gebeuren als 'iedereen' naar believen biseksueel was?
Eén grote orgie?!
Of toch gewoon een maatschappij van gelijkwaardige individuen, waarin (bijvoorbeeld) vrouwen andere vrouwen niet in de eerste plaats als concurrenten - in de strijd om de gunst van mannen - beschouwen, maar bijvoorbeeld ook als potentiële liefdespartner?
Als je erover nadenkt zijn de consequenties van een breed gedragen biseksuele leefwereld groter dan je op het eerste gezicht zou denken.
In zo'n wereld zal het bijvoorbeeld veel moeilijker worden om vrouwen tegen elkaar uit te spelen.
Maar ook mannen zullen misschien minder snel bereid zijn om ten koste van alles de strijd met elkaar aan te gaan.
Vriendschappen tussen leden van dezelfde sekse zullen zich verdiepen, enzovoort.
Dit alles is interessant omdat concurrentie een belangrijk basisbeginsel is, in ons (neo)liberale tijdperk.
En niet alleen in het onze.
Zoals de Tsjechische econoom Tomáš Sedláček het formuleert:
Every despotic ruler sees competition to effectiveness in family relations and friendships ('Economics of good and evil', p.22)Dit betekent dat relaties, maar ook vriendschappen een functie hebben, een praktisch nut dienen.
Zo houden huwelijken het bezit in de (mannelijke) familie(lijn).
Omgang met je medemensen is een vorm van 'teamwerk', waarin je vooral niet te diep moet gaan, en zeker niet één op één.
Ook het patriarchaat, om nog eens een gevestigd maatschappelijk systeem te noemen, gedijt optimaal in een heteroseksueel universum.
Als vrouwen elkaar te leuk en te lief vinden, zullen zij immers sneller de koppen bij elkaar steken - social resilience - of zich zelfs geheel aan hun mannelijke overheersers onttrekken, zodra deze het te bont maken.
In dat geval hebben ze immers een alternatief!
Kortom: met het taboe op biseksualiteit heeft de gevestigde heteroseksuele orde een belangrijk wapen in handen.
Hieruit blijkt dat biseksualiteit niet uitsluitend gaat over wat er, bij wijze van spreken, tussen de lakens gebeurt.
Een wereld waarin biseksualiteit werkelijk als normaal wordt beschouwd zou zomaar een ándere wereld kunnen zijn dan de wereld waarin we nu leven.
Het 'jagerselement' - ieder voor zich, God voor ons allen - zou vermoedelijk terrein verliezen, maar verbondenheid en vriendschappen zouden naar alle waarschijnlijkheid aan diepte en betekenis winnen.
Maar om met succes te knabbelen aan het alomtegenwoordige heterocentrisme zullen wij, met zijn allen, zichtbaarder moeten worden.
Met de nadruk op: met zijn allen.
Zelf gebruik ik niet voor niets een pseudoniem!
Tegelijkertijd vind ik het jammer dat ik denk dat het nodig is.
Voor iedereen uit de kast komen zou me vrienden kosten, en vooral: kennissen.
Voor ik er open over ben maak ik dus altijd een inschatting van de persoon of de groep waarmee ik te maken heb.
Een en ander volgens het principe: bij twijfel - in dit geval zelfs de geringste - niet doen!
Veel liever echter zou ik de 'traditie van schromelijke verwaarlozing van de biseksuele leefwereld' (van de Kerkhof) een halt toeroepen.
Vooral omdat ik overtuigd ben van de aanzienlijke maatschappelijke consequenties van het taboe op biseksualiteit.
Het goede nieuws: onder scholieren en studenten schijnt openlijke biseksualiteit op dit moment gangbaarder te zijn dan vroeger, en in bepaalde grootstedelijke milieus zelfs 'hip'.
Maar de vraag is wel hoe het met deze mensen zal gaan als zij eenmaal in het 'huisje-boompje-beestje' circuit terecht komen, te maken krijgen met kritische schoonouders, werkgevers, enzovoort.
Zullen zij op hun biseksuele experimenten terugkijken als op nachten doorhalen of coma-zuipen?
Of zullen ze de herinnering blijven koesteren?
Hoe dan ook: voor de gevestigde belangen en organisatievormen - met name het concurrentieprincipe - blijft biseksualiteit vermoedelijk bedreigend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten